Inclusief Indië is een online lesprogramma ontwikkeld door het Indisch Herinnerings-
centrum.
Maak kennis met persoonlijke verhalen die vertellen over de Japanse bezetting, Indonesische onafhankelijkheidsoorlog, migratiegolven naar Nederland en de erfenis van ons koloniale verleden. De oorlog tussen Nederland en Indonesië heeft lang geduurd en resulteerde in de onafhankelijkheid van Indonesië. Leer meer over deze periode door de verschillende themalessen, tijdlijn en gebeurtennissen en verdieping in de toolbox.
In de Toolbox vind je meer verdieping over de diverse onderwerpen.
Slavernij in Azië, een onderwerp dat vaak onderbelicht is. Hoe zag dit eruit en wanneer werd het afgeschaft in Indonesië? Historicus Wim Manuhutu vertelt je hier meer over in deze korte video.
NOS op 3 over de Molukse migratiegeschiedenis
Uit de reeks: ons koloniale verleden in vijftig voorwerpen (de Volkskrant) Door: Wim Manuhutu
Uit de reeks: ons koloniale verleden in vijftig voorwerpen (de Volkskrant). Door: Sadiah Boonstra
Premier Rutte biedt naar aanleiding van het rapport over geweld tijdens de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog "diepe excuses" aan aan de bevolking van Indonesië.
artikel van de correspondent
Nederland geeft op verzoek van Indonesië en Sri Lanka honderden culturele objecten terug die nooit in Nederland hadden moeten zijn.
Een opinie-onderzoek naar het koloniaal verleden
Op 10 mei 1940 valt Nazi-Duitsland Nederland binnen. De oorlog in Nederland begint dan. Als reactie hierop worden in Nederlands-Indië Duitse mannen ouder dan 17 jaar gevangengezet. Zij worden door het Nederlandse bestuur gezien als staatsgevaarlijk.
Een maand na de Japanse aanval op Pearl Harbor valt Japan Nederlands-Indië binnen. Japanse troepen landen op Zuid-Celebes. Na minder dan twee maanden oorlogvoeren geeft het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (KNIL) zich op 8 maart over.
De Japanse bezetter wil alle Nederlandse invloeden uit het straatbeeld verwijderen, óók de (Indisch) Nederlandse burgers. Dat begint met de interneringgevangenneming van Nederlandse ambtenaren op 22 april 1942. In totaal hebben ongeveer 100.000 Nederlanders en Indische Nederlanders in interneringskampen gezeten. Het overgrote deel van de Indische Nederlanders, naar schatting 220.000, brengt de oorlog door buiten het kamp.
Na twee atoombommen op Hiroshima(6 aug) en Nagasaki (9 aug) geeft Japan zich op 15 augustus over. Met deze overgave komt er officieel een einde aan de Tweede Wereldoorlog wereldwijd.
Twee dagen na de overgave van Japan roept SoekarnoIndonesische politicus, nationalist en eerste president van de Republiek Indonesië de onafhankelijke RepubliekStaatsvorm waarbij het staatshoofd (de president) wordt gekozen. Indonesië uit. Nederland accepteert de nieuwe Republiek niet. Voor Soekarno, die een vrije Republiek wilt verdedigen, wordt dit de start van een nieuwe oorlog tegen Nederland.
Als gevolg van het eind van de Japanse bezetting en de Bersiap periode start de uittocht naar Nederland in december 1945. De bedoeling was dat (Indische) Nederlanders in Nederland zouden herstellen van de oorlog. Zij worden daarom oorlogsevacuées genoemd. In totaal vertrekken er 100.000 personen. Sommigen voorgoed, anderen keren terug na een korte verlof- of herstelperiode.
In deze periode strijdt de Republiek Indonesië voor het behoud van haar onafhankelijkheid. Nederland wil Indonesië nog niet onafhankelijk verklaren. De oorlog die daardoor ontstaat zal ruim vier jaar duren. Meer dan 102.000 burgers en soldaten komen om.
De Bersiap was een gewelddadige periode waarin Indonesische strijdgroepen de strijd aan gingen met Brits Indische militairen om te voorkomen dat Nederland de macht in Indië terug kreeg. Tussen oktober 1945 en begin 1946 vonden er veldslagen plaats waarin vele slachtoffers vielen. Ook vielen in deze periode veel burgerslachtoffers, met name onder de Indo-Europese bevolking en burgers die trouw waren aan Nederland.
Op 24 februari 1946 worden de eerste Nederlandse oorlogsvrijwilligersIemand die zich vrijwillig aanmeldt om in het leger te dienen in tijden van oorlog naar Indië gestuurd. Zij moeten het KNIL Koninklijk Nederlands Indisch Leger helpen het koloniaal gezag te herstellen. In totaal vertrekken 25.000 oorlogsvrijwilligers naar Indië. Daarnaast vertrekken 95.000 dienstplichtigenZij die verplicht in het leger moesten dienen. In totaal zet Nederland meer dan 200.000 militairen in: ruim 170.000 (Indisch-)Nederlandse en ruim 35.000 Indonesische soldaten.
In Linggadjati werden de eerste stappen gezet naar een onafhankelijk Indonesië. Er werden afspraken gemaakt over machtsoverdracht tussen Nederland en Indonesië. Op 20 juli 1947 werd dit akkoord verbroken nog voor het echt uitgevoerd kon worden.
Operatie Product is de eerste Nederlandse aanval op Java en Sumatra die later bekend werd als de eerste Politionele Actie. In Indonesië werd er gesproken over de Agresi Militer Belanda IEerste Nederlandse Militaire Agressie. Hierbij vielen vele honderden doden aan Indonesische zijde en werden er Indonesische mannen geëxecuteerdDoodgeschoten. op 17 januari 1948 volgde een formele wapenstilstand bij de Renville-overeenkomst.
Operatie Kraai is de tweede aanval van Nederland op Indonesië die later bekend werd als de tweede Politionele Actie. In Indonesië werd er gesproken over de Agresi Militer Belanda IITweede Nederlandse Militaire Agressie. Bij deze aanval werd onder andere President Soekarno gevangen genomen. Onder druk van de Verenigde NatiesInternationale organisatie, opgericht in 1945 met als bedoeling de samenwerking tussen verschillende landen te verbeteren werd uiteindelijk op 31 december 1948 een staakt het vuren afgekondigd, en werd ook Soekarno weer vrijgelaten.
Na de soevereiniteitsoverdracht aan Indonesië repatrieerdenRepatriëren betekent letterlijk: terugkeren naar het land van herkomst. veel ambtenaren van de (lokale) overheid, het politieapparaat, de rechterlijke macht en het leger naar Nederland. Na de opheffing van het KNILKoninklijk Nederlands Indisch Leger in juli 1950 repatrieerden veel KNIL-militairen, waaronder een grote groep Molukse KNIL-militairen. Zij werden in ‘woonoorden’ opgevangen zoals voormalig doorvoerkamp Westerbork en Vucht.
Bij het Monument op de Dam wordt op 29 april 1950 een ‘Indische Urn’ toegevoegd. Deze Urn is gevuld met aarde uit alle 22 erebegraafplaatsenBegraafplaats waar burgers en militairen worden begraven die zijn gestorven voor hun vaderland of die zich op bijzondere wijze voor hun vaderland hebben ingezet in Indonesië, waarmee op de Dam ook de oorlogsslechtoffers die in het voormalig Nederlands-Indië zijn gevallen worden herdacht. Deze urn staat samen met elf andere urnen in de muur achter de pilaar.
Voor de achtergebleven Nederlanders en Indische Nederlanders werd het leven in Indonesië steeds moeilijker. Zij konden bijna geen werk vinden, en werden door de Indonesische overheid niet geholpen. Velen ervoeren buitensluiting en discriminatie. Een groot deel van deze Indische Nederlanders besloot deze periode alsnog naar Nederland te reizen.
Tussen 1957 en 1958 was er wederom veel onrust in Indonesië vanwege de onafhankelijkheid van Nieuw-Guinea. Indonesië verklaarde (Indische) Nederlanders in Indonesië tot staatsgevaarlijk. Daardoor vertrokken circa 58.000 mensen uit Indonesië.
In de jaren ’50 van de vorige eeuw komt er vanuit Indische Nederlanders steeds meer behoefte om de Indische cultuur zichtbaar te maken. Onder leiding van schrijver Tjalie Robinson opent op 1,2 en 3 juli in de Haagse Dierentuin de eerste Pasar Malam Tong-Tong, waar Indische dans, cultuur verhalen en eten worden laten zien. Het evenement bestaat nog steeds, onder de naam Tong-Tong Fair.
In verband met de overdracht van Nederlands Nieuw-Guinea aan Indonesië werden alle op Nieuw-Guinea verblijvende Nederlanders geëvacueerd Overbrengen naar een veilige plaats. Rond deze periode kwam ook een groep van ongeveer 500 Papoea’s, die in Nederlandse overheidsdienst waren geweest, met hun gezinnen naar Nederland. In totaal vertrokken in deze periode ruim 50.000 mensen naar Nederland.
Na veel vijandigheid tussen Nederland en Indonesië wordt in 1962 de laatste kolonie van Nederland in Zuidoost-Azië overgedragen aan Indonesië. Nederlands Nieuw-Guinea zou tijdelijk onder gezag staan van de Verenigde Naties, die het gebied op 1 mei 1963 overdroeg aan Indonesië.
In de laatste golf zaten vooral veel spijtoptanten. Dat waren mensen die na de soevereiniteitsoverdracht (onder hoge druk) hadden gekozen voor het Indonesische staatsburgerschap, maar binnen de Indonesische samenleving geen goed bestaan konden opbouwen. Een paar duizend mensen kozen voor vertrek naar Nederland.
In 1969 is er op de Nederlandse televisie voor het eerst aandacht voor Nederlandse oorlogsmisdaden die tijdens de onafhankelijkheidsoorlog in Indonesië zijn gepleegd. Het zorgt voor zoveel ophef dat de Tweede Kamer een onderzoek laat instellen. De ‘Excessennota’ was het gevolg van dit onderzoek. In het rapport mocht niet over oorlogsmisdaden gesproken worden. Het woord ‘exces’ moest aangeven dat het geweld zeldzaam was.
Op 8 oktober 1971 bracht de toenmalige keizer van Japan Hirohito een staatsbezoek aan Nederland. Dat leidde tot massale protesten: in het naoorlogse Nederland was er nog veel woede over begane Japanse oorlogsmisdaden tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Indië.
De Wet buitengewoon pensioen Indisch Verzet treedt in werking op 16 augustus 1986. Deze wet zorgt er voor dat (nabestaanden van) mensen die in Nederlands-Indië tijdens de Tweede Wereldoorlog verzet tegen de Japanse bezetter hebben gepleegd recht hebben op een speciale uitkering.
Op 15 augustus 1988 wordt in Den Haag het Indisch Monument onthuld door koningin Beatrix. Hier worden alle burgers en militairen herdacht die het slachtoffer zijn geworden van de Japanse bezetting in Nederlands-Indië.
Het Indisch Herinneringscentrum wordt op op 22 augustus 2009 geopend op landgoed Bronbeek in Arnhem. Doel is om te laten zien dat het Indische verhaal leeft, en ook vandaag de dag van waarde is. In 2017 verhuist het Indisch Herinneringscentrum naar de Sophialaan 10 in Den Haag ,waar het nog altijd gevestigd is.
Op 9 december 2011 bood de Nederlandse regering haar excuses aan voor het bloedbad dat Nederlandse militairen in 1947 in het dorpje Rawagede aanrichtten. Volgens Indonesische ooggetuigen werden 431 mannen zonder proces vermoord.
Op 27 juni 2019 opent koning Willem Alexander het Museum Sophiahof in Den Haag. Hier wordt de geschiedenis van Nederlands-Indië verteld, waar de verbinding tussen het heden en verleden belangrijk is.
Bijna 75 jaar na het uitroepen van de onafhankelijkheid van Indonesië biedt Koning Willem-Alexander namens de Nederlandse regering zijn excuses aan voor ‘de geweldontsporingen aan Nederlandse zijde’ ten tijde van de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog.
Één dag voor de nationale herdenking wordt het Indisch Monument in Den Haag beklad door de actiegroep Aliansi Merah PutihRood Witte Alliantie. Reden voor de bekladding is volgens de actiegroep een gebrek aan Indonesisch perspectief tijdens de Nationale Herdenking op 15 augustus.
Na jaren lang onderzoek is het rapport Onafhankelijkheid, dekolonisatie, geweld en oorlog in Indonesië 1945-1950 verschenen. Er is onderzoek gedaan naar de (gewelddadige) gebeurtenissen tijdens de onafhankelijkheidsoorlog van Indonesië en de rollen die de verschillende partijen daarin speelden. Het onderzoek is uitgevoerd door het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV), het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) en het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies, in samenwerking met Indonesische onderzoekers en experts.